Daling langdurige werkloosheid tot 2,9 procent, maar stijging regionale verschillen

Uit cijfers van Eurostat blijkt dat in de regeringsperiode die er bijna op zit de langdurige werkloosheid (werklozen die langer dan een jaar niet aan de slag zijn) in alle Belgische provincies van 4,3 tot 2,9 procent is gedaald,  behalve in Namen. In Vlaanderen daalde het aandeel van 1,9 naar 1,2 procent. In Wallonië was dat 6,6 procent in 2014 naar 4,8 procent in 2018.

Volgens UGent-econoom Stijn Baert zijn de regionale verschillen tussen Vlaanderen en Wallonië wel gestegen. Henegouwen heeft zes keer meer langdurig werklozen dan Oost-Vlaanderen.  Baert heeft ook  een verklaring voor de verschillen in economische groei en arbeidsmarktbeleid. De economische groei  in Wallonië beoordeelt hij als minder sterk en de arbeidsmarkt volgt die groei.  Daarnaast heerst er volgens Baert  ook een verschillende 'cultuur' op het vlak van activeringsbeleid.

In Vlaanderen voert  de VDAB  het activerende arbeidsmarktbeleid uit, in Brussel en Wallonië is dat Forem en Actiris. Tenslotte geeft Baert aan dat Brussel en Wallonië voor wat betreft het activeringsbeleid het Vlaams model hebben overgenomen,  maar dat daar nu nog heel wat mensen langdurig werkloos zijn en dat de vruchten van die verandering pas de komende jaren zichtbaar zal worden.

Bron: Trends 6 mei 2019