Turbosanering’ voor schuldjongeren in Den Haag
Turbosanering’ voor schuldjongeren in Den Haag
Aegon en ING stellen negen ton beschikbaar om Haagse jongeren met schulden te helpen. Het geld gaat in het Jongerenperspectieffonds (JPF), een publiek-private samenwerking die de jongeren helpt met een ‘turbosanering’. Het JPF is het eerste potje gelabeld geld voor het sociaal domein. Het wordt bijgevuld doordat deelnemende partijen, waaronder de gemeente, kosten besparen ten opzichte van de situatie waarin de schuldenproblemen van de jongeren voortduren. Dertig procent van die besparingen wordt teruggestort in het fonds.
Haagse jongeren met grote schuldenproblemen krijgen een integraal hulpplan en twee jaar lang intensieve begeleiding door de gemeente, gericht op gedragsverandering en verbetering van de woon-, leef- , en werksituatie. Het JPF treft ondertussen een regeling met de schuldeisers, waardoor de jongere mentaal weer op krachten komt om aan een toekomstperspectief te werken. Het saneringskrediet wordt een schuld tussen de jongere en het JPF, die naar draagkracht kan worden afgelost in geld of natura. Ook moeten de deelnemers een tegenprestatie leveren in de vorm van een maatschappelijke stage van een jaar, en moeten zij op zoek naar werk of een opleiding.
Het JPF hielp sinds de start van de pilotfase in 2016 al 53 jongeren. In de huidige projectfase worden 100 jongeren geholpen met een tweejarig traject. Nu het fonds is bestendigd, is het de bedoeling dat dit jaar 200 jonge schuldenaars het traject instromen. De gemiddelde schuld van een deelnemende jongere bedraagt zo’n 15.000 euro. Het saneringskrediet bedraagt gemiddeld zo’n 10 procent van de schuld. De begeleidingskosten komen per jongere gemiddeld neer op 5.000 euro. Onder meer de gemeenten Almere, Amsterdam, Delft, Ede, Enschede, Maastricht, Haarlem en Rotterdam hebben belangstelling een pilot naar JPF-model te gaan draaien. De Haagse wethouder Bert van Alphen (sociale zaken, GroenLinks) laat weten dat hij het project graag ziet uitgroeien tot staand beleid.
Bron: Binnenlands Bestuur 17 april 2019